We zetten de zonbeschermingsadviezen nog eens op een rij. Welke huidtypes zijn er en hoe herken je ze? Kun je ook verbranden achter glas? Welke SPF moet je aanraden?
Vooral bij lichte huidtypen kan er bij veel blootstelling aan zonlicht huidkanker ontstaan. Er zijn zes huidtypen:
Hoe bepaal je iemands huidtype?
Ook achter glas en onder water sta je bloot aan de zon. Een autoruit laat ongeveer 10% van de uv-B-straling en 70% van de uv-A-straling door. Door weerkaatsing van water, muren maar ook van zand, kan zonlicht je ook indirect bereiken. En dan is er sprake van een hogere blootstelling: de straling komt nu immers uit meerdere richtingen. Ook onder water ben je niet geheel afgezonderd van zonnestralen. In helder water bereiken de zonnestralen het lichaam ook.
Hoogte speelt ook een rol bij de intensiteit van de blootstelling. Hoog in de bergen is er minder uv-straling uit het licht gefilterd dan op zeeniveau. Op 2000 meter hoogte is de zonnestraling daardoor 30% krachtiger.
Antizonnebrandmiddelen zijn gemaakt om de huid tegen zonnebrand te beschermen. Ze bevatten uv-filters waardoor minder uv-straling de huid bereikt. Dit doen ze door het zonlicht te absorberen of te reflecteren. Let op het woord 'minder'. Zelfs de hoogste beschermende factor laat nog zonnestralen door. Insmeren met zonnebrandcrème moet daarom als een aanvullende maatregel gezien worden. Tussen 11.00 en 15.00 uur uit de zon blijven, is misschien nog wel het allerbelangrijkste advies. Een zonnebrandcrème moet zowel een filter voor uv-A als voor uv-B hebben. Het uv-B-filter beschermt tegen zonverbranding, het uv-A-filter tegen huidveroudering. Beide bieden bescherming tegen huidkanker.
Het is verstandig om de huid te beschermen met een zonnebrandcrème van minimaal factor 15. Voor kinderen, mensen met huidtype I en tijdens vrije tijd en vakantie is factor 30 het beste.
UA is uitsluitend voor apotheekmedewerkers en is niet bedoeld voor consumenten